Ik heb gewandeld van Porto tot Santiago de Compostela. 12 dagen. 280 kilometer.
Het drong pas door wat dat betekent toen de oudere baliemedewerker in de Oficina
del Peregrino in Santiago expliciet zei dat mijn camino eindigde met de stempel die
hij op mijn crédencial zette, om me daarna zachtmoedig te feliciteren.
Ook al waren we nog geen 24 uur in Porto, ik ben helemaal weg van de oude binnenstad.
Dat leeft, dat bruist. Indrukwekkende muurschilderingen, kleine straatjes, buskers en
fadó. De Douro die traag en majestueus naar de Atlantische Oceaan voert. De Ponte Dom
Luis I die de rivier overspant. De geur van de heerlijke Portugese keuken die uit
ontelbare kleine restaurantjes op je af komt.
Het gelovige kantje in mij vermoedt dat toen God de wereld schiep, hij Portugal als
moestuin in gedachten had. We wandelden dagen doorheen een lappendeken van kleine akkers,
wijngaarden, boerenwegels, kleine dorpjes, oude landerijen en glooiende heuvels.
Portugal, dat is ook afzien. Bij dageraad verlieten we de herberg om de hitte voor
te zijn, ook al lukte dat niet altijd. De lange klim uit Barcélos naar Tamél ga ik
niet snel vergeten. Of de beklimming van de Portela Grande op weg naar Rubiāes. De
oude stenen van de Via Romana XIX waren moordend voor onze voeten en lijven.
Aankomen in Valença en de Portugees-Spaanse grens oversteken was bitterzoet. Het
markeerde duidelijk het halfweg punt van de weg. De Spaanse Camino is ook anders dan
de Portugese. Niet zozeer slechter of beter, gewoon anders. Het was even wennen aan
andere gewoontes, een andere volksaard, een andere keuken, een ander land.
Mijn Instagram staat vol met mooie plaatjes. Maar de Camino loopt ook langs drukke
autowegen, en lelijke industrie. We zagen af en toe spandoeken van lokale gemeenschappen
die ook de pelgrims wanhopig aanspoorden om te protesteren tegen de uitbreiding van
meer dan één industriegebied. Overal kwamen we grafitti tegen. Nakor Shey, wie je ook
bent, je hoefde je tag niet letterlijk elke 200 meter te plaatsen over honderden kilometers.
Onderweg eet je alles. Talloze desayuno’s met cruessant, café con lecche, zumo de naranja.
Van de overheerlijke risotto in Barcélos in Babbette’s tot de schaamtelijke tomatensalade
in de albergue in Crucés (letterlijk in olijfolie verdronken schijfjes tomaat). De talloze
porties rijst met lamsstoofvlees. En in Santiago het fantastische Entre Pedras, één van de
weinige maar o zo overheerlijke vegetarische restaurants, waar we onze Camino afsloten.
Hoe eenvoudig het leven hoeft te zijn onderweg. Je leeft letterlijk uit je rugzak en de
kleren aan je lijf. Wandelen, eten, slapen, reflecteren. Verwonderen, genieten, stil worden,
bewust zijn van je omgeving, en zoveel meer. Leven in het hier en nu, quoi, van dag tot dag.
Niet wetende wat morgen precies gaat brengen, en dat ook niet zo erg hoeven te vinden.
Op zoek naar Santiago, Sint-Jacob, Saint James, Saint Jacques. In het Duits zeggen ze “der
Weg ist das Ziel” en dat klopt helemaal. De gele pijlen leiden je naar zijn graf onder het
altaar van kathedraal in Santiago, maar onderweg loopt Santiago met je mee. You’ve heard the
stories, you’ve seen the pictures. En dan kom je aan op de Praza de Obradoiro, en dan woon
je de mis voor de pelgrim bij. Het is bijna niet uit te leggen wat dat met een mens doet.
Maar de Camino, dat zijn nog het meest van al de mensen en de verhalen die we twaalf dagen
lang hebben ontmoet. De intense vriendschappen die we hebben gesloten, en de hoogtes en de
laagtes die we samen met anderen deelden. Van onze kleine Camino family met de Duitse Johanna,
de geschiedenis studerende neef van de hospitalera in Rubiāes, de Californische surfer
hospitalero in San Pedro de Ratés, de Canadese student Daunte in Porto, vriendinnen Simone
en Rita die van Mei maand “Me maand” hebben gemaakt, het stokoude dametje in Caldas des Reis
die me in het Spaans uitlegde wat de betekenis achter de Sint Jakobsschelp is, het oude
Japanse koppel dat moedig dagenlang ons op de hielen zat,… Allen maakten ze een onuitwisbare
indruk.
Maar vooral, dankbaarheid voor het leven, voor wat het uiteindelijk maar is in al zijn essentie.
Dat is de Camino.
Ga ik dit opnieuw doen? Zeker weten. Wanneer? Geen idee. Eerst nog even nagenieten van dit
avontuur.